Hé millennial, hoe zit het met jouw pensioen?

Stel, je bent geboren tussen 1980 en 2000. Het duurt nog eeuwen voor je met pensioen mag. Je gaat er vast vanuit dat het wel goed zal komen. Mensen die nu met pensioen zijn of gaan hebben het immers toch ook prima? Die vergelijking gaat helaas niet helemaal op. Sterker nog: de ontwikkelingen van de afgelopen decennia hebben er toe geleid dat het Nederlandse Pensioenstelsel geleidelijk aangepast gaat worden. Sinds 1 juli 2023 is de ‘Wet Toekomst Pensioenen; ingevoerd. Lees meer over nieuwe pensioenwet, en wat dit voor jou betekent.
Millenial

Realiteitscheck

Zonder je bang te willen maken: jouw pensioen is een ander verhaal dan het verhaal van de gepensioneerden van nu. De ouderen van nu werkten in heel andere tijden.

Babyboomers: mensen die geboren zijn tussen 1940-1965
Generatie X: mensen die geboren zijn tussen 1965-1980
Millennials (generatie Y): geboren tussen 1980-2000

De ouderen van nu werkten bijvoorbeeld een leven lang voltijd in loondienst voor hetzelfde bedrijf. In een periode waarin onze welvaartstaat werd opgebouwd en waar je vaak op basis van je laatst verdiende loon pensioen kreeg. En er zijn meer verschillen. We zetten er hieronder 7 voor je op een rij.

Of lees eerst: Wat is pensioen?

Verschillen babyboomers en millenials

Pensioen babyboomers versus millennials

De situatie van de babyboomers is niet te vergelijken met de situatie van de millennials. Om een paar mogelijke verschillen te noemen tussen mensen die nu met pensioen zijn of binnenkort gaan en jouw situatie:

1. Veel vaker korte dienstverbanden

Vaak van baan wisselen heeft invloed op je pensioenopbouw. Niet alle werkgevers kennen een (even goede) pensioenregeling. Als je dienstverband ergens niet wordt verlengd en je hebt niet meteen nieuw werk, bouw je in die periode geen pensioen op.

2. Minder vaak voltijd werken

Werkten vooral de mannelijke babyboomers bijna altijd voltijd, nu werken veel mensen deeltijd. Of een hele tijd voltijd, en dan een tijdje deeltijd (bijvoorbeeld als je kinderen krijgt). In deeltijd bouw je natuurlijk minder pensioen op.

3. Minder makkelijk een koophuis kunnen kopen

Het is nu moeilijker om als starter een huis te kopen. Een koophuis zou je kunnen zien als een investering, een spaarpot naast je pensioen.

4. Vaker een tijdje in het buitenland werken

Als je in het buitenland werkt, dan bouw je in die periode vaak geen AOW op. En als je bijvoorbeeld voor een buitenlandse werkgever werkt, is het nog maar de vraag of je pensioen opbouwt.

5. Vaker zzp’en

Als zzp’er bouw je meestal geen verplicht pensioen op. Je moet zelf sparen voor een aanvulling op je AOW en eventuele pensioeninkomen. Uit onderzoek blijkt dat een kwart van de zzp’er niets regelt. Onder jonge zzp’ers is dit percentage nog hoger (bron: CBS). Ook als je alleen maar een tijdje als zzp’er aan de slag gaat, heeft dit invloed op je pensioenopbouw. Ben je zzp'er? Lees dan ook: zzp en pensioen.

6. Lagere pensioenen

In de tijd van de babyboomers werd het pensioen vaak gebaseerd op je laatst verdiende salaris (eindloon). Dit leidde, zeker als mensen lang bij één werkgever werkten, tot (veel) hogere pensioenen dan nu. Tegenwoordig wordt het pensioen bijna altijd gebaseerd op je gemiddelde salaris (middelloon), de beschikbare premie of een kapitaalregeling. Door de invoering van de Wet Toekomst Pensioenen is in de toekomst alleen nog maar een premieregeling mogelijk. En dat levert bijna altijd een lager pensioen op, in ieder geval meestal minder dan het pensioen in een eindloonregeling.

Lees meer in Wat is pensioen?

7. AOW- en pensioenleeftijd steeds hoger

Pensioenen worden steeds duurder, omdat mensen steeds ouder worden en er nu relatief veel ouderen zijn (vergrijzing). Om dit toch een beetje betaalbaar te houden wordt de leeftijd waarop je van je AOW en pensioen mag gaan genieten steeds hoger.

Niet vanzelfsprekend

Dat het met jouw pensioen later wel los zal lopen, omdat je nu ook financieel tevreden gepensioneerden ziet, is dus niet vanzelfsprekend.

Wat kun je nu doen voor je pensioen?

Gelukkig kun je zelf iets doen. En dat is nu alvast sparen voor een aanvulling op je werkgeverspensioen en AOW. Dat betekent: los van het bedrag dat je via je werkgever kunt sparen, zelf ook een bedrag opzij zetten. Hoe eerder je begint, hoe minder je per maand hoeft te sparen om later een goed bedrag te hebben. Je bent nu nog jong, dus als je het kunt missen, doe je jezelf later een groot plezier. Naast sparen kun je er ook voor kiezen om je geld te investeren, bijvoorbeeld door te beleggen.

Met beleggen loop je risico en maak je kosten. Je kunt je inleg (deels) verliezen.

Lees ook: Nieuwe situatie? Gevolgen voor je pensioen

Je pensioen zelf aanvullen

Wil je weten hoe je nu al begint met sparen voor je oude dag? We leggen je graag uit wat in jouw situatie handig is en hoeveel je per maand opzij zou moeten leggen om uiteindelijk voldoende vermogen te hebben. Een oriënterend gesprek is altijd gratis. Geven we je advies, dan betaal je advieskosten.

Het duurt nog even, maar als je dan over heel veel jaren met pensioen gaat, voel je je vast trots en tevreden.

Je pensioen aanvullen

Je pensioen aanvullen

Wil je zelf sparen voor een aanvulling op je pensioen? Dat kan bij SNS.
Pensioen: dit kun je doen

Pensioen: dit kun je doen

Of je nou jong bent, bijna met pensioen of al niet meer werkt: lees onze artikelen over pensioen.

Pagina laatst gecheckt: 1 november 2023